Cardioloog dr. Van Dijk over die ene patiënt: ‘Ik heb nog maar zelden meegemaakt dat iemand met pulmonale arteriële hypertensie zijn oude leven weer oppakt’
Redactioneel
15 november 2018
Een patiënt die je altijd bijblijft, een patiënt die impact heeft gehad. Iedere arts herinnert zich er daar wel één van. Zo ook dr. Arie van Dijk, cardioloog in het Radboudumc. Zeldzaam zijn de patiënten met pulmonale arteriële hypertensie die dankzij een behandeling niet alleen langer leven, maar bovendien bijna zonder beperkingen hun oude bestaan kunnen voortzetten. Van Dijk zag het tot zijn aangename verrassing gebeuren bij een jongeman. “Terwijl ik tijdens onze eerste ontmoeting had gevreesd dat hij op korte termijn zou overlijden.”
“Een aantal jaren geleden kreeg ik een twintiger met vermoeidheidsklachten op het spreekuur”, vertelt dr. Arie van Dijk, cardioloog in het Radboudumc. “Een hartecho wees iets bijzonders uit: hij had in de rechterhartkamer een druk van 180 millimeter kwik, ofwel ruim zes tot zeven keer zo hoog als normaal en zelfs ook hoger dan de druk in de linkerhartkamer. We stelden uiteindelijk de diagnose idiopathische pulmonale arteriële hypertensie (PAH) en besloten over te gaan tot medicamenteuze behandeling. Tot in de jaren negentig was dat niet mogelijk; in die tijd overleed de helft van de PAH-patiënten binnen twee jaar na de diagnose.”
Belasting van het hart
Het Radboudumc is één van de negen medische centra in ons land waar patiënten met deze zeldzame chronische longvaatziekte tegenwoordig medicamenteus kunnen worden behandeld. “Dat is meestal mogelijk met orale middelen”, zegt Van Dijk, “maar soms wordt begonnen met epoprostenol, dat moet worden toegediend via een centraal veneuze katheter en een pomp. Bij PAH zijn de vaten in de longen vernauw
Aanmelden
Meld u gratis aan om toegang te krijgen tot DOQ,
waar zorgprofessionals kennis en visie delen.
Ik heb al een DOQ account
Lees meer over: