Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Is de zorg klaar voor behandeling op maat alzheimer?
Het aantal patiënten met dementie, veroorzaakt door Alzheimer, neemt toe. Gelukkig geldt dat ook voor de hoeveelheid kennis over deze ziekte. Het ABOARD-project wil in kaart brengen hoe de zorg er op dit gebied uit moet komen te zien, zegt Wiesje van der Flier, wetenschappelijk directeur van Alzheimercentrum Amsterdam en projectleider van ABOARD. “Als we klaar willen zijn voor de toekomst, moeten we de zorg op een andere manier gaan inrichten.”
In Nederland lijden ruim 300 duizend mensen aan dementie, grotendeels veroorzaakt door alzheimer. Door de vergrijzing wordt dit aantal mensen steeds groter. Daarmee vormt dementie een groeiende uitdaging voor de gezondheidszorg. Hoewel er nog geen geneesmiddel beschikbaar is tegen alzheimer, neemt de kennis over ontstaan en herkennen van de ziekte wel toe. Steeds meer initiatieven richten zich op de aanloopfase van alzheimer, die wel 20 jaar kan duren.

“Alzheimer kent een lange aanloopfase, en uiteindelijk moeten we ingrijpen in een vroeger stadium om dementie te voorkomen”
Wetenschappelijk directeur van Alzheimercentrum Amsterdam prof. dr. Wiesje van der Flier
ABOARD
Een van de meest recente initiatieven om deze nieuwe kennis te implementeren in de landelijke zorg is het ABOARD (A Personalized Medicine Approach for Alzheimer’s Disease)-project. Dit is een landelijk multidisciplinair consortium, dat bestaat uit publieke en private partijen: van academie tot zorginstellingen, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en bedrijven. De missie van ABOARD is om binnen vijf jaar zicht te hebben op behandelingen op maat voor alzheimer, en hiervoor voorbereidende stappen te treffen.
“Alzheimer kent een lange aanloopfase, en uiteindelijk moeten we ingrijpen in een vroeger stadium om dementie te voorkomen”, aldus Wiesje van der Flier. “Daarom willen we alzheimer vroeger herkennen. Daarnaast kijken we naar preventie: de rol van leefstijl, maar ook van toekomstige medicijnen.” Tenslotte zijn er veel individuele verschillen tussen patiënten aan te wijzen, zowel op biologisch vlak als persoonlijke voorkeuren, zegt Van der Flier. “Die factoren willen we meenemen door een zo persoonlijk mogelijke vorm van zorg en behandeling aan te bieden. Preventie en het meenemen van individuele verschillen en voorkeuren is een belangrijk onderdeel van een verschuiving naar behandeling op maat.”
“Behandelaars moeten kunnen herkennen welke patiënt baat heeft bij een interventie. Zo kunnen we de zorg op de juiste manier inrichten”
Diagnostiek
Een van de onderdelen die de toekomst zal bepalen, is de komst van nieuwe geneesmiddelen tegen alzheimer. Deze medicijnen zijn nog niet voorhanden, maar de hoop en de verwachting is dat die er wel zullen komen, zegt Van der Flier. “De eerste generatie geneesmiddelen kan de ziekte niet stoppen, maar wel remmen. Zodra dat aan de orde is, zal dat de zorg veranderen.”
Daardoor zal een groter beroep worden gedaan op diagnostiek, voorspelt Van der Flier. “Om te beginnen zal dat op de geheugenpoli gebeuren bij de neuroloog of geriater, maar op termijn ook bij de huisarts. Behandelaars moeten dan kunnen herkennen welke patiënt, en welke juist niet, baat heeft bij een interventie. Daarbij is onderzoek, bijvoorbeeld naar een bloedtest, belangrijk. Zo kunnen we de zorg op de juiste manier inrichten.”
Cohort
Deel van ABOARD is een campagne om mensen te werven voor een cohortonderzoek naar veroudering en ontstaan van alzheimer. Onder de titel ‘Uurtje voor Alzheimer’ werft ABOARD deelnemers die eens per jaar vragen willen beantwoorden over (mentale) gezondheid, leefstijl en zorggebruik.1 “We zoeken mensen met de ziekte, met een voorstadium, of met risico op de ziekte. En omdat leeftijd de belangrijkste risicofactor is, mag iedereen boven de 45 meedoen”, zegt Van der Flier. “Met de kennis uit dat cohort hopen we het hele verloop van de ziekte in beeld te brengen en begrijpen.”
Inmiddels hebben zich sinds de start in september 2022 al meer dan 2000 mensen aangemeld voor de online vragenlijsten. Maar hoe meer hoe beter, benadrukt Van der Flier. “Daarom zoeken we nog steeds zorgprofessionals die hun patiënten willen wijzen op de mogelijkheid deel te nemen aan dit cohort. De vragenlijsten gaan direct naar de patiënt, dus de behandelaar is geen extra tijd kwijt aan het invullen. Maar hij of zij kan hiermee wel een wezenlijke bijdrage leveren aan toekomstig onderzoek naar dementie en alzheimer.”
“Als we weten voor welke mensen nieuwe geneesmiddelen beschikbaar zijn, kunnen we de zorgkosten blijven dragen”
Toekomst
De ontwikkelingen op het gebied van alzheimer gaan razendsnel. Deel daarvan is een bloedtest, die kan voorspellen wie – en wie juist niet – in aanmerking komt voor een behandeling. In de toekomst kunnen ook huisartsen deze test mogelijk afnemen, zegt Van der Flier. “Het is belangrijk om dit soort onderzoek op een goede manier in te richten, zodat we met die informatie de zorg op een goede manier kunnen inrichten. De bloedtest wordt op dit moment ontwikkeld en gevalideerd in de setting van de geheugenpoli. In de toekomst kan de setting mogelijk verschuiven naar de huisarts.”
Ook de kennis over diagnostiek en interventies in het kader van alzheimer neemt snel toe. Het doel van ABOARD is het leveren van een waardevolle bijdrage aan de zorg voor mensen met alzheimer, legt Van der Flier uit. “Hiermee hopen we de komende vijf jaar meer zicht te krijgen op een behandeling op maat: wat werkt voor welke patiënt en hoe kunnen we het zorgsysteem gereed krijgen voor toekomstige geneesmiddelen? Daarvoor moeten we meer te weten komen over subtypes van alzheimer, zodat we weten voor welke mensen de middelen werkzaam zijn, zodat we de kosten kunnen blijven dragen.”
Huisartsen die interesse hebben in het deelnemen aan onderzoek naar de implementatie van een bloedtest voor alzheimer in het kader van ABOARD kunnen zich melden bij aboard@amsterdamumc.nl.
Referentie: 1 ABOARD cohortonderzoek