DOQ

Mindfulness- en acceptatietherapie niet effectiever bij behandeling fibromyalgie

Therapie voor fibromyalgie, gebaseerd op mindfulness en acceptatie van de ziekte, is niet effectiever gebleken dan de standaardtherapie. Dat schrijven Noorse onderzoekers in het tijdschrift BMJ Open. Volgens de onderzoekers is meer onderzoek nodig naar de effecten van therapieën in een eerder ziektestadium.

Fibromyalgie is een niet-gewrichtsgebonden, diffuus ziektebeeld, waarbij spierpijn en drukpijnlijke punten verspreid over het gehele lichaam kenmerkend zijn. De aandoening komt voor bij 1 tot 2 procent van de Nederlandse bevolking. Omdat nog geen wetenschappelijke consensus bestaat over de oorzaken van fibromyalgie, komt de diagnose tot stand door middel van exclusie. Behandeling kan bestaan uit het voorschrijven van pijnstillende medicatie en antidepressiva, maar is soms ook gestoeld op het leren omgaan met chronische pijn door cognitieve gedragstherapie of conditietraining.

Korte termijn

Recent is onderzoek gedaan naar therapie bij fibromyalgie gebaseerd op mindfulness en acceptatie van klachten.

Uit reviews en meta-analyses bleek dat deze therapieën kortetermijneffect sorteerden op het gebied van pijnscores, depressie, angst, slaapkwaliteit en kwaliteit van leven. Therapieën gebaseerd op conditietraining lieten gelijkaardige effecten zien. Noorse wetenschappers van de Universiteit van Oslo onderwierpen daarom de effecten van deze therapieën aan nader onderzoek.

Mindfulness en acceptatie

De onderzoekers maakten bij hun onderzoek gebruik van patiënten met fibromyalgie die deelnamen aan het Vitality Training Programme (VTP), een Noors initiatief dat is gebaseerd op mindfulness en acceptatie. Ze zetten een gerandomiseerde gecontroleerde trial op, waarbij 170 patiënten werden ingedeeld in twee onderzoeksgroepen: 85 namen deel aan het VTP, de andere 85 kregen de standaardbehandeling. Beide groepen werden drie maanden gevolgd, en moesten vragenlijsten invullen op het gebied van hun gezondheid. Daarna volgde nog een follow-up van een jaar.

Niet significant

Uit de resultaten van dit onderzoek bleek dat patiënten met fibromyalgie niet beter af waren met een therapie gebaseerd op mindfulness en acceptatie dan met de standaardbehandeling. Slechts 13 procent van de patiënten in de interventiegroep rapporteerde zich een jaar na aanvang van de behandeling beter te voelen, vergeleken met 8 procent in de controlegroep. Dat verschil bleek niet statistisch significant.

Vroeger stadium

De onderzoekers stellen dat hun trial wellicht te simpel was opgezet; dat maakte het moeilijk te differentiëren tussen de mogelijke effecten van de gemeten interventies. Zij benadrukken daarom dat meer onderzoek nodig is naar behandelopties bij patiënten met fibromyalgie, met name in een vroeg stadium van de ziekte.

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Bevolkings­onderzoek sluit onvoldoende aan bij mensen met verstande­lijke beperking’

Mensen met een verstandelijke beperking nemen veel minder vaak deel aan bevolkingsonderzoeken naar kanker dan de algemene bevolking, vertelt Amina Banda. Ook krijgen zij minder vaak vervolgonderzoek. “Deze groep kan allerlei barrières voor deelname ervaren.”

Vertragen, verdragen en verbinden in moeilijke gesprekken

In de palliatieve zorg spelen niet alleen emoties bij de patiënt een rol, maar ook bij de zorgverlener. Machteld Muller legt uit hoe zelfinzicht helpt bij verbinding met je patiënt. “Herkennen van je eigen ‘rode knoppen’ helpt om uit vervelende dynamieken te blijven.”

Hoe je medische misinformatie als zorgverlener kunt aanpakken

Waarom geloven mensen dat zonnebrandcrème gevaarlijk is, of wantrouwen ze bewezen interventies zoals vaccins? Tom van Bommel vertelt over de mechanismen achter zulke overtuigingen. “Technieken waarmee misinformatie zich verspreidt, kunnen óók ten goede worden ingezet.”

Casus: patiënte met dyspnoe naar de EHH

Een oudere obese vrouw presenteert zich op de Eerste Hart Hulp vanwege dyspnoe. Die begon twee weken geleden en was aanvankelijk inspanningsgebonden, nu ook bij platliggen. Ze plast nog maar kleine beetjes sinds drie dagen. Wat is uw diagnose?

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”

Cultuur­sensitieve zorg in de praktijk: lessen van Mammarosa

Taal- en cultuurverschillen kunnen de communicatie met zorgverleners flink bemoeilijken. Stichting Mammarosa biedt hierin uitkomst. Samia Kasmi vertelt hoe belangrijk cultuursensitieve communicatie is, en hoe artsen hierin het verschil kunnen maken.

‘Er is een trend naar meer visuele informatie’

“Voor patiënten blijkt de juiste toedieningsroute van een geneesmiddel niet altijd vanzelfsprekend te zijn”, vertellen Yara Mangindaan en Nike Everaarts-de Gruyter. Zij hielpen medicijnpictogrammen te ontwikkelen die ondersteunen bij goed gebruik van geneesmiddelen.

Werkbereidheid bij een crisis niet vanzelf­sprekend

Ziekenhuizen kunnen tijdens een crisis niet blind vertrouwen op hun personeel, concluderen Dennis Barten en Lindsy Engels. Werkbereidheid hangt sterk af van verschillende factoren. “Het is belangrijk om te ontdekken wat nodig is om voor te bereiden op crisissituaties.”

Casus: man met dysfonie­klachten

Een 42-jarige man komt op uw spreekuur met dysfonieklachten, twee maanden geleden ontstaan in een periode van veel hoesten. Aan het einde van de dag worden de klachten erger en het is lastig om een lang gesprek te voeren. Wat is uw diagnose?