DOQ

Transitiepoli diabetes HMC verkleint afhaakrisico jongeren

Vanaf hun 18e gaan jongeren met diabetes voor behandeling en begeleiding over van de kinderafdeling naar de polikliniek voor volwassenen. Dat is best schakelen; nieuwe gezichten, een andere werkwijze… Helaas leidt dit er regelmatig toe dat de jongeren afhaken. Diabeteszorg Haaglanden, de diabetesafdeling van het Haaglanden Medisch Centrum, richtte daarom het afgelopen jaar de transitiepolikliniek diabetes op om deze jongeren een laagdrempelig, warm onthaal te bieden. Hoe dat werkt vertellen diabetesverpleegkundige Jacqueline Mastboom en internist Merel van Andel.

Met de recente publicatie van de landelijke richtlijn voor transitiezorg heeft de overstap van jongeren van de kinderafdeling naar de zorg voor volwassenen de aandacht, vertelt Merel van Andel. Hoe voorkomen we dat de zorg jongeren bij de overstap uit het oog verliest? “Vanaf hun 18e worden ze geacht zelfstandig te zijn. Terwijl ze tot die tijd veel meer stap voor stap begeleid werden. Bij sommige jongeren verloopt de overstap naar het reguliere zorgpad vlekkeloos. Maar er zijn ook tieners die extra hulp nodig hebben. Zij hebben behoefte aan een ‘tailormade’ begeleiding. Met de transitiepolikliniek diabetes beogen wij een geborgen, warme overdracht van de kinderafdeling naar de poli voor volwassenen.”

“Er zijn tieners die extra hulp nodig hebben. Zij hebben behoefte aan een ‘tailormade’ begeleiding”

Internist Merel van Andel
Links Sofia Gerakidi, midden Merel van Andel, rechts Jacqueline Mastboom

Ontwikkeling protocol

Van Andels collega, diabetesverpleegkundige Jacqueline Mastboom, zag twee jaar geleden als lid van de scholingscommissie van de V&VN dat de richtlijnen voor transitie werden vernieuwd. “Hier moeten wij ook iets mee”, dacht zij. In overleg met een kinderarts ontwikkelde zij een plan en een protocol. Dit leidde vervolgens in samenwerking met Van Andel en met physician assistant Sofia Gerakidi tot de start van de transitiepolikliniek diabetes. Deze is gericht op de overstap van de kinderafdeling van HagaZiekenhuis naar de reguliere poli van Diabeteszorg Haaglanden.

“De jongere moet zich bewust worden van de eigen verantwoordelijkheid en zélf vragen leren stellen”

Diabetesverpleegkundige Jacqueline Mastboom

Vertrouwensrelatie

Bij de transitiepolikliniek diabetes trekt het bestaande behandelteam – kinderarts en kinderdiabetesverpleegkundige – op met het nieuwe behandelteam – internist, PA en diabetesverpleegkundige. Samen met de jongeren zorgen zij voor een goede overdracht en behandelplan. “Een goed contact met de kinderarts is belangrijk”, aldus Mastboom. “Deze bespreekt met de jongere de overgang naar een ander ziekenhuis, in ons geval het Haaglanden Medisch Centrum. Vervolgens worden wij geïnformeerd en roepen wij de jongere op voor een afspraak. Via de kinderarts weten we dan al meer over zijn of haar achtergrond. Over de thuissituatie, sport, hobby’s, et cetera. Zo kan er sneller een vertrouwensrelatie ontstaan, waardoor de jongere, vaak nog in de puberteit, zich vrijer voelt om vragen te stellen. Ook gaan we in op onderwerpen als roken, alcohol, drugs, rijlessen. Soms komt de ouder van het kind nog mee. Maar uiteindelijk moet de jongere zelf zijn weg leren vinden met diabetes, zich bewust worden van de eigen verantwoordelijkheid en zélf vragen leren stellen.”

“Het is voor de jongeren een zachte, veilige landing, dit maakt het minder spannend voor hen”

Diabetesverpleegkundige Jacqueline Mastboom

Zachte landing

Het ‘oude’ en het ‘nieuwe’ behandelteam hebben vier keer per jaar een gezamenlijk MDO. Hierin bespreken zij de kinderen die overkomen. Mastboom: “Het gaat tot nu toe om een klein aantal patiënten, zo’n tien per jaar. Sommigen gaan studeren of verhuizen en gaan over naar een ander ziekenhuis. Maar we zien druppelsgewijs ook jongeren uit de regio bij ons komen.” De ervaringen zijn positief. De jongeren hebben eerst een afspraak met de diabetesverpleegkundige en daarna met de PA of de internist. Soms is één consult voldoende voor de overgang naar de volwassen poli, soms een langer traject met meer begeleiding en zorg. Kern van de overgang is dat deze rustig en gestructureerd verloopt. “Onze bespreking vooraf met de kinderarts is erg prettig”, aldus Mastboom. “Wij raken beter betrokken en kunnen sneller schakelen. De lijnen zijn kort, wat leidt tot betere zorg. Het is voor de jongeren een zachte, veilige landing, dit maakt het minder spannend voor hen.”

“Meer jongeren blijven aangehaakt, daar doen we het voor!”

Internist Merel van Andel

Het werkt!

De transitiepoli diabetes van Diabeteszorg Haaglanden gaat door op de ingeslagen weg. “Het werkt!”, aldus Jacqueline Mastboom. “Daarom is het zeker de moeite waard om er energie in te steken. Zorg voor een goed plan, waarin alle partijen zich kunnen vinden. Goede communicatie is belangrijk én er moet iemand zijn die de kar trekt.” Ook internist Merel van Andel is enthousiast: “Het werkt veel prettiger voor de patiënt en voor jezelf als zorgprofessional. Als er eenmaal een protocol ligt, kost het niet veel extra tijd. Meer jongeren blijven aangehaakt, daar doen we het voor!”

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Limburgse apotheek wil chronisch gebruik slaap­medi­catie voorkomen

Apotheker Waan Yasen startte in samenwerking met huisartsen en de gemeente Reuver een project om chronisch gebruik van slaapmedicatie te voorkomen. “We willen patiënten bewust maken van de risico’s. Een alternatief voor medicatie is bijvoorbeeld slaaptherapie.”

‘Zorg dat je digitaal geletterd blijft’

Maartje Schermer deelt enkele ethische vraagstukken die spelen bij technologische ontwikkelingen in de zorg, zoals AI. “Wees er niet bang voor, probeer het uit, en vooral: blijf je er vragen bij stellen. Want één ding is zeker: dit gaat niet meer weg.”

‘Het is belangrijk om de hele mens te zien als arts’

Geïnspireerd door haar eigen leven verkent Machteld Huber inzichten en praktische handvatten over de laatste levensfase onder de titel ‘De laatste 1000 dagen’. “Artsen richten zich vaak puur op het fysieke, terwijl de mens een combinatie is van lichaam en geest.”

Ook medisch specialisten kunnen Bloeizones inzetten

Dyane Stolwijk-Woudstra wil medisch specialisten inspireren om Bloeizones door te zetten naar de tweedelijnszorg. “Het gaat er niet om dat je een probleem signaleert en dat ook meteen moet oplossen, maar maak het bespreekbaar, daar gaat het om!”

Casus: man met hinderlijk nachtplassen

Een 67-jarige man bezoekt uw spreekuur met al langer bestaande hinderlijke klachten van nycturie. De ochtendplas niet meegerekend moet hij er zeker drie keer per nacht uit, maar ook wel vaker. Wat is uw diagnose?

Casus: jongen met klachten na operatie keelamandelen

Op de dienstpost verschijnt de 6-jarige Daan, die afgelopen woensdag is geopereerd aan zijn keelamandelen. Hij wil niet drinken, heeft keelpijn, ruikt naar uit zijn mond, is hangerig en heeft witte plekken achter in de mond. Wat is uw diagnose?

Geneeskunde­­student­en krijgen bijsluiter bij AI

Eerstejaars studenten geneeskunde in Leiden krijgen les in de betekenis van AI en medische technologie. Marcel Haas probeert de studenten te laten nadenken over hun rol als arts in de toekomst. “Hoe kunnen artsen technologie inzetten in het contact met patiënten?”

‘Ergo­therapie is het meest bewaarde geheim in de gezond­heids­zorg’

De meerwaarde van ergotherapie in de eerste lijn is bij veel artsen onbekend, terwijl het vak hen juist helpt om zorg dicht bij huis te kunnen bieden, vertelt Lucelle van de Ven. “De paramedische zorg in de eerste lijn moet groeien, dus ook de ergotherapie.”

Winst in levensjaren met persoonlijke aanpak bijwerk­ingen immuun­therapie

De onderzoeksgroep van Karijn Suijkerbuijk ontdekte dat prednison het effect van immuuntherapie bij kanker onderdrukt. Prednison is vaak nodig voor de bijwerkingen, maar zou persoonlijker ingezet moeten worden. “Mijns inziens moet de richtlijn worden aangepast.”

‘Wil je het komende jaar zwanger worden?’

De vraag ‘Wil je het komend jaar zwanger worden?’ zou veel vaker gesteld moeten worden door álle hulpverleners, stelt Annemarie Mulders. “Gezond zwanger worden begint bij bewustwording en kennis over het belang van de periode vóór de zwangerschap.”