DOQ

IMPACT: minder dure en belastende behandeling kraakbeen knie

Een probleem van een relatief kleine patiëntengroep vormde de aanleiding voor een aanpak waarbij op den duur misschien veel meer mensen gebaat blijken te zijn. Hun gemeenschappelijke kenmerk: knieklachten. Orthopedisch chirurg Roel Custers: “Innovaties heb je nodig voor het grotere geheel. Uit de door ons ontwikkelde behandeling van kraakbeen in de knie komt kennis voort die we ook kunnen toepassen bij andere aandoeningen van het gewricht.”

Jaarlijks krijgen een paar honderd Nederlanders onder de 50 jaar een kraakbeenbeschadiging in een knie die groter is dan twee vierkante centimeter. Zij hebben pijnklachten en een dik gewricht en kunnen niet of nog maar moeizaam functioneren in het dagelijks leven. Over de oorzaak van ‘het gat’ in het kraakbeen bestaat geen zekerheid, maar veel artsen gaan uit van een trauma.

“De oplossing is dat kraakbeencellen worden gecombineerd met stamcellen uit een cellijn van ons ziekenhuis. De patiënt krijgt dan een transplantaat van twee celtypen”

Orthopedisch chirurg Roel Custers

Transplantatie

Sinds 2019 voeren vier expertisecentra in ons land kraakbeentransplantatie uit. Het UMC Utrecht is een van de instellingen die deze ingreep verrichten. Roel Custers: “Het gaat om twee operaties. Tijdens de eerste stellen we de indicatie en halen we een biopt uit de knie. Dat wordt met een koerier naar een laboratorium in Duitsland gestuurd, waar het dient als basis voor de kweek van kraakbeencellen. Na vermenigvuldiging van de cellen worden ze getransplanteerd tijdens de tweede operatie.”

Lange wachttijd

De klinische resultaten zijn goed, maar er kleven twee nadelen aan. Custers: “De patiënt moet twee operaties ondergaan. Bovendien duurt het zes tot acht weken voordat er voldoende cellen zijn gekweekt. Er is dus best een lange wachttijd tussen de operaties. Verder is de kweek van cellen duur; het valt onder de regelgeving voor dure geneesmiddelen.”

“We hebben een procedure ontwikkeld van één dag in plaats van twee”

Betere kwaliteit van leven

Ruim tien jaar geleden ontstond daarom in het UMC Utrecht het idee een andere route te kiezen. Dat was een initiatief van orthopedisch chirurg Daniël Saris, inmiddels werkzaam in Mayo Clinic College of Medicine and Science in Rochester, Amerika. Custers: “Konden we er niet een procedure van één dag van maken? Na een geslaagd experiment met cellen en een succesvolle dierenstudie zijn we in 2013 begonnen aan een onderzoek bij 35 patiënten. De uitkomsten daarvan leken qua kniefunctie en kwaliteit van leven zelfs beter te zijn dan na het traject met twee operaties.”

Stamcellendonor

Bij de alternatieve benadering (IMPACT) komt een tweede celtype om de hoek kijken: stamcellen van een donor. Custers: “De slechte randen van het kraakbeen, die sowieso moeten worden verwijderd, sturen we naar collega’s van de Cell Therapy Facility in het UMC Utrecht. Daar worden de kraakbeencellen geïsoleerd. Het zijn er onvoldoende om succesvol te worden teruggeplaatst. De oplossing is dat ze worden gecombineerd met stamcellen, afkomstig uit een cellijn van ons ziekenhuis. In de operatiekamer krijgt de patiënt dan een transplantaat van twee celtypen.”

“Na een jaar bestaat het kraakbeen volledig uit DNA van de patiënt”

Katalysator

Custers vervolgt: “Een jaar na de ingreep hebben we bij de ex-patiënten een biopt uit het kraakbeen van de knie gehaald en daarvan het DNA-profiel beoordeeld. Het kraakbeen bleek volledig te bestaan uit DNA van de geopereerde patiënt. Je kunt de donorstamcellen dus beschouwen als een katalysator: op den duur maakt het lichaam weer eigen kraakbeencellen aan. Vijf jaar na de transplantatie hadden de deelnemers aanzienlijk minder pijnklachten, konden ze weer sporten en hadden ze hun dagelijkse activiteiten opgepakt.”
Inmiddels nadert de afronding van een gerandomiseerd onderzoek bij 30 patiënten die de behandeling hebben ondergaan en 30 anderen voor wie afwachtend beleid en/of fysiotherapie geldt. Custers is hoopvol dat de resultaten uit het eerdere onderzoek worden bevestigd.

“We willen het mogelijk maken de cellen te combineren op de operatiekamer”

Perifere ziekenhuizen

“Verder is de nieuwe therapie ongeveer drie keer minder duur dan de huidige. Het zal nog wel een zoektocht en uitdaging zijn de behandeling te laten landen in de reguliere zorg. Neem de cel-faciliteit. Die hebben de meeste perifere ziekenhuizen niet. Daarom onderzoeken we de mogelijkheid van een systeem om aan de slag te gaan op de operatiekamer zelf. Je zou daar dan al over stamcellen beschikken. Ook zou je er een apparaat hebben dat kraakbeencellen uit een biopt selecteert om die vervolgens te combineren met de stamcellen.”

Andere vergezichten

Het brengt de orthopedisch chirurg op andere vergezichten. “Het aantal mensen met knieklachten gaat toenemen. Dat gaat gepaard met hoge zorgkosten. Denk hierbij vooral aan knieprotheses en de vervanging ervan. Het is niet zo dat onze behandeling van kraakbeenbeschadiging een-op-een is te vertalen naar bijvoorbeeld knieartrose, maar dit soort innovaties heb je in de breedte wel nodig. Het levert kennis op die je ook kunt toepassen voor andere knieaandoeningen.”

Meer informatie

De nieuwe behandeling heet IMPACT: Instant MSC Product accompanying Autologous Chondron Transplantation (IMPACT). Meer informatie hierover is hier te vinden:

Youtube.com
UMCUtrecht.nl
Pubmed.nl

Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

Casus: patiënte met dyspnoe en oedeem in het gelaat

Een 66-jarige vrouw presenteert zich met sinds drie weken progressief verminderde inspanningstolerantie en met name ’s ochtends een zwelling van het gelaat. Overdag verbeteren de klachten deels. Wat is uw diagnose?

Wat je verwacht, voel je: wat zorgverleners kunnen leren van placebo-effecten

Wat patiënten verwachten, beïnvloedt direct hoe zij pijn of bijwerkingen ervaren. Henriët van Middendorp legt uit hoe placebo- en nocebo-effecten werken, en hoe zorgverleners deze bewust en ethisch kunnen inzetten in de praktijk.

Trots op goed werkend meld­systeem voor bijwerk­ingen

Agnes Kant wijst op het belang van meer onderzoek naar bijwerkingen en roept zorgverleners op te blijven melden bij het Bijwerkingenmeldsysteem. “Van 70% van de geneesmiddelen is nog onduidelijk of deze veilig tijdens de zwangerschap gebruikt kunnen worden.”

Wandelend naar een betere gezondheid

Matthijs van der Poel combineert als huisarts en sportliefhebber zorg en beweging. Met stichting Looprecept wandelt hij wekelijks met patiënten – goed voor lijf, hoofd én verbinding. “Het is heel laagdrempelig en dat verklaart denk ik ook het succes.”

De patiënt doet lastig, en dan?

Patiënten met een persoonlijkheidsstoornis kunnen soms veel losmaken, zowel in het behandeltraject als bij de arts. Thom van den Heuvel geeft handvatten voor het omgaan met deze patiëntengroep. “Het contact vraagt meer tijd en legt tegelijk emotionele druk op de arts."

Vind meertalige zorgverleners via ikspreekmeerdan.nl

Als anios in een huisartsenpraktijk in Amsterdam merkte Daan Frehe dat taal voor veel patiënten een barrière vormt voor het krijgen van goede zorg. “Via ikspreekmeerdan.nl kan nu een zorgverlener met een gedeelde taal en cultuur gevonden worden. Dat is enorm waardevol.”

Casus: man met een veranderde vlek op het been

Een 72-jarige man presenteert zich op uw spreekuur met een veranderde plek op het bovenbeen rechts. De vlek is gegroeid en van kleur veranderd. De patiënt heeft een licht huidtype en een voorgeschiedenis van basaalcelcarcinoom. Wat is uw diagnose?

Maak van wachttijd in de ggz hersteltijd: vijf praktische adviezen

Sanne Booij en Christien Slofstra willen af van de stille wachttijd in de ggz. Met hulp van de huisarts kan het herstel al beginnen, nog vóór de intake. “Deze periode hoeft geen verloren tijd te zijn.”

Beteugelen geneesmiddel­prijzen noodzakelijk voor betaalbare zorg

Wilbert Bannenberg strijdt met Stichting Farma ter Verantwoording tegen excessieve geneesmiddelprijzen. Zijn missie: winsten beteugelen om zorg toegankelijk te houden. “Geneesmiddelprijzen moeten beteugeld gaan worden, anders wordt de zorg onbetaalbaar.”

Casus: vrouw met veranderd defecatiepatroon

Een vrouw wordt naar de polikliniek gestuurd in verband met een veranderd defecatiepatroon. Ze heeft wat frequenter dan gebruikelijk ontlasting. Er zijn wat vage buikklachten in de zin van rommelingen en krampen. Ze gebruikt geen medicatie. Wat is uw diagnose?