Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Betere uitleg, vaker op streefwaarde
Minder dan 30% van de patiënten met familiaire hypercholesterolemie (FH) behaalt hun LDL-cholesterolstreefwaarden. Bij vrouwen ligt dit percentage zelfs nog lager dan bij mannen. Betere en meer seksespecifieke informatie over de effectiviteit en veiligheid van LDL-cholesterolverlagende medicatie is gewenst om meer FH-patiënten op streefwaarden te krijgen. Dat is de uitkomst van onderzoek van internist Jeanine Roeters van Lennep van het Erasmus MC.
FH-patiënten hebben al sinds hun geboorte een verhoogd LDL, het zogenoemde ‘slechte’ cholesterol. “Je merkt er eigenlijk niets van”, stelt Jeanine Roeters van Lennep. “Maar als je het niet tijdig opspoort, loop je een verhoogd risico op vroegtijdige hart- en vaatziektes. FH is ook de meest voorkomende erfelijke oorzaak van vroegtijdige hart- en vaatziektes. Het komt voor bij 1 op de 250 mensen, zo’n zestigduizend mensen in Nederland. Door tekortschietende bevolkingsscreening op FH weet echter slechts de helft van hen dat ze FH hebben.”
“Het gaat er vooral om dat patiënten op streefwaarde worden behandeld”
Internist Jeanine Roeters van Lennep
Uit patent
Betere screening en diagnostiek, liefst in de vorm van familiescreening, is daarom gewenst. Des te meer omdat FH goed behandelbaar is. “Hoe eerder je FH-patiënten behandelt, hoe beter je bij hen het risico op vroegtijdige hart- en vaatziekten kunt terugbrengen tot het niveau van de gezonde algemene populatie. Niet alleen de patiënt is daarmee geholpen, het draagt ook bij aan lagere zorgkosten. Het voorkomt dure hart- en vaatbehandelingen op latere leeftijd.”
Behandeling van FH bestaat primair uit statines, goedkope geneesmiddelen omdat deze uit patent zijn. “Een gezonde leefstijl alleen is niet voldoende, aanvullende medicatie is nodig. Daar valt goed mee te leven. Het gaat er vooral om dat patiënten, kinderen en volwassenen, op streefwaarde worden behandeld.”
Combinatietherapie
En daar gaat het mis. Want bij gemiddeld een op de drie patiënten worden deze streefwaarden niet gehaald. “Slechts 26,9% van de vrouwen en 28,9% van de mannen behaalt deze. En van FH-patiënten die al hart- en vaatziektes hebben, is dat 22 procent.” Dat vrouwen slechter scoren dan mannen, komt volgens Roeters van Lennep doordat zij al vóór behandeling hogere cholesterolwaarden hebben dan mannen. “En hoe hoger de waarden, hoe lastiger het is om deze omlaag te krijgen. Daarnaast valt op dat minder vrouwen dan mannen cholesterolverlagers gebruiken. En als ze er al mee behandeld worden, betreft het veelal lagere doseringen. Bovendien zien we dat vrouwen minder vaak combinatietherapie gebruiken, zoals statines met ezetimibe of statines met PCSK9-remmers. Als statines alleen onvoldoende resultaat geven, is zo’n combinatietherapie de volgende behandelstap.”
“Daags na zo’n Radar-uitzending zien we de effecten ervan in onze spreekkamer”
Nocebo-effect
Roeters van Lennep onderzocht hoe het komt dat vrouwen met FH gemiddeld minder goed behandeld worden dan mannen. “Wat in ieder geval opvalt is dat vrouwen twee keer zo vaak bijwerkingen van statines rapporteren dan mannen. Denk aan spierpijnklachten.”
De vraag is of deze ervaren bijwerkingen komen door de statines of dat er iets anders aan de hand is. Zoals het nocebo-effect, het omgekeerde van het placebo-effect. “Het placebo-effect zegt: ‘Deze pil is supergoed,’ en vervolgens ga je je ook goed voelen. Het nocebo-effect zegt: ‘Door deze pil ga je je slecht voelen, je krijgt er spierpijn van,’ en dat gebeurt dan ook. In verschillende studies is dat nocebo-effect goed uitgezocht.”
Radar-uitzending
Roeters van Lennep vermoedt dat het nocebo-effect een van de redenen is waarom vrouwen vaker bijwerkingen rapporteren van de statines. En er daardoor ook vaker mee stoppen. “De media, zoals het televisieprogramma Radar, trekt de effectiviteit en veiligheid van statines regelmatig in twijfel, onterecht overigens. Daags na zo’n Radar-uitzending zien we de effecten ervan in onze spreekkamer. Vooral vrouwen stoppen dan massaal met hun statines, omdat ze denken dat hun spierpijnklachten daarvandaan komen. Terwijl die relatie nooit is aangetoond.”
Het is daarom belangrijk dat zorgverleners, zoals cardioloog, internist of huisarts, betrouwbare informatie geven aan FH-patiënten over de relatie tussen cholesterol en hart- en vaatziektes, en over de effectiviteit en veiligheid van medicatie zoals statines, stelt Roeters van Lennep.
“We kunnen én de streefwaarden halen én we hoeven geen dure injecties in te zetten”
Prijskaartje
Dat zal ook de zorgkosten verder omlaag brengen. “Patiënten die nu niet op hun streefwaarden zitten, bijvoorbeeld doordat ze suboptimaal zijn ingesteld op statines, worden overgezet op injecties, de PCSK9-remmers. Daar zit een prijskaartje aan. Statines kosten zestig euro per jaar, injecties zesduizend euro per jaar. Als we echter door goede informatie mensen op een optimale dosering statines weten te houden, dan kunnen we én de streefwaarden halen én hoeven we geen dure injecties in te zetten. Patiënt en samenleving profiteren daarvan.”
Referentie: Schreuder MM, Hamkour S, Siegers KE, et al. LDL cholesterol targets rarely achieved in familial hypercholesterolemia patients: A sex and gender-specific analysis. Atherosclerosis. 2023 Apr 13:S0021-9150(23)00139-9.