DOQ

Wees alert op hart- en vaatziekten bij COPD

COPD-patiënten hebben een verhoogd risico op het krijgen van hart- en vaatziekten. “Dit geldt met name voor de periode net na een longaanval”, vertelt dr. Sami Simons, longarts in het Maastricht Universitair Medisch Centrum+. “Het is belangrijk dat longartsen laagdrempelig denken aan hart- en vaatziekten bij patiënten met COPD, vooral omdat we met triple inhalatietherapie de cardiovasculaire mortaliteit bij COPD-patiënten kunnen verminderen.”

COPD en hart- en vaatziekten komen vaak samen voor, legt Sami Simons uit. “Ongeveer 1 op de 4 à 5 COPD-patiënten heeft ook een hart- of vaatziekte. De meest voorkomende zijn hypertensie, ischemische hartziekten en hartfalen, maar we zien ook patiënten met atriumfibrilleren of een beroerte.”1 Daarnaast is het de afgelopen jaren steeds duidelijker geworden dat COPD-patiënten een verhoogde kans hebben op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. Zo hebben COPD-patiënten een 2 tot 5 keer hoger risico op ischemische hartziekten of hartfalen.2 En: een matige longaanval zorgt bij COPD-patiënten voor een 2,6 keer hoger risico op hart- en vaatziekten, maar een ernstige longaanval geeft wel een 21,8 keer hoger risico.3 Dit risico bleef verhoogd gedurende 30 dagen na de longaanval en nam met 90 dagen weer af, aldus Simons.

“Ik ben alerter op hartproblemen bij COPD-patiënten”

longarts dr. Sami Simons

Stress op het hart

Het exacte mechanisme achter het verhoogde risico op hart- en vaatziekten bij COPD is onduidelijk. “Gezamenlijke risicofactoren spelen waarschijnlijk een belangrijke rol”, zegt Simons. “Roken maakt mensen bijvoorbeeld vatbaarder voor het krijgen van zowel COPD als hart- en vaatziekten.1 Daarnaast spelen genetische factoren mogelijk een rol, maar daar weten we nog onvoldoende van.” Wel is duidelijk dat het hebben van COPD stress op het hart geeft, waarbij verschillende mechanismen ten grondslag kunnen liggen aan het ontstaan van hart- en vaatziekten, legt Simons uit.1 “Zo gaat COPD vaak samen met hyperinflatie van de longen. Dat geeft een toegenomen intrathoracale druk, met stress op het hart tot gevolg. Daarnaast heeft een toename in pulmonale vaatweerstand als gevolg van COPD, effect op de cardiale output.”4 COPD kan tevens gepaard gaan met systemische inflammatie, waarvan bekend is dat dat het risico op hart- en vaatziekten verhoogt. “Een ander mechanisme waarbij de kans op de ontwikkeling van hart- en vaatziekten toeneemt, is de activering van de stollingscascade bij longaanvallen. Dit mechanisme is vergelijkbaar met wat wij weten over het verhoogde risico op hart- en vaatziekten na luchtweginfecties bij de algemene bevolking.”5

“Selectieve bètablokkers kunnen prima voorgeschreven worden bij COPD-patiënten”

Reductie cardiovasculaire mortaliteit

Simons vindt het belangrijk dat longartsen zich bewust zijn van dit verhoogde risico op hart- en vaatziekten bij COPD. Het is zinvol om alle COPD-patiënten te screenen volgens het cardiovasculair risicomanagement”, laat hij weten.6 De afgelopen jaren hebben twee belangrijke studies laten zien dat tripletherapie (duale luchtwegverwijders plus ontstekingsremmer) de (cardiovasculaire) mortaliteit bij COPD-patiënten met recidiverende longaanvallen kan verminderen.7,8 “Sinsdien ben ik echt alerter op hartproblemen bij deze groep COPD-patiënten.”

GOLD-richtlijn

Inmiddels is ook in de GOLD-richtlijn opgenomen dat tripletherapie een reductie geeft van mortaliteit bij patiënten met COPD en een voorgeschiedenis met recidiverende longaanvallen.9 Simons heeft ook een boodschap voor cardiologen. “Ik zie dat cardiologen soms huiverig zijn voor het voorschrijven van bètablokkers bij COPD-patiënten omdat deze zouden kunnen zorgen voor bronchospasmen. Inmiddels is echter goed uitgezocht dat selectieve bètablokkers prima voorgeschreven kunnen worden bij COPD-patiënten. Het voordeel dat zij hebben van deze medicatie weegt vele malen op tegen minimale risico op bronchospasmen.”

“Er zijn steeds meer initiatieven voor samenwerking tussen longarts en cardioloog”

Samenwerking

Simons benadrukt het belang van samenwerking tussen longarts en cardioloog bij patiënten met COPD. “Er zijn steeds meer initiatieven voor samenwerking”, zegt hij. Zelf werkt hij veel samen met cardiologen gespecialiseerd in hartfalen en in ritmestoornissen. “Bij de atriumfibrillerenpolikliniek worden patiënten bijvoorbeeld gescreend op COPD. Vervolgens bekijk ik of er afwijkingen zijn, dat gaat allemaal digitaal.” Andersom screenen Simons en zijn collega’s COPD-patiënten op atriumfibrilleren. “De klachten bij COPD en hart- en vaatziekten overlappen voor een deel”, zegt Simons. “Op basis van het klachtenpatroon alleen is niet altijd te achterhalen wat er aan de hand is. Daarom is het belangrijk dat longartsen laagdrempelig aan de mogelijkheid denken dat hart- en vaatziekten bij kunnen dragen aan de klachten van een patiënt. Daarnaast moet het besef groeien dat ook wij als longartsen met de juiste behandeling invloed kunnen uitoefenen op de gevolgen van deze hart- en vaatziekten. Vooral in anderhalve maand na een longaanval waarin patiënten erg kwetsbaar zijn.”

Referenties

  1. Rabe KF, Hurst JR, Suissa S. Cardiovascular disease and COPD: dangerous liaisons? Eur Respir Rev 2018;27(149):180057.
  2. Chen W, Thomas J, Sadatsafavi M, FitzGerald JM. Risk of cardiovascular comorbidity in patients with chronic obstructive pulmonary disease: a systematic review and meta-analysis Lancet Respir Med 2015;3(8):631-639.
  3. Dransfield MT, Criner GJ, Halpin DMG, et al. Time-dependent risk of cardiovascular events following an exacerbation in patients with chronic obstructive pulmonary disease: post hoc analysis from the IMPACT trial. J Am Heart Assoc 2022;11(18):e024350.
  4. Verhoef K, Mitchell JR. Cardiopulmonary physiology: why the heart and lungs are inextricably linked. Adv Physiol Educ 2017;41(3):348-353.
  5. Davidson JA, Banerjee A, Smeeth L, et al. Risk of acute respiratory infection and acute cardiovascular events following acute respiratory infection among adults with increased cardiovascular risk in England between 2008 and 2018: a retrospective, population-based cohort study. Lancet Digit Health 2021;3(12):e773-e783.
  6. https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/cardiovasculair_risicomanagement_cvrm/schatten_van_risico_op_hart_en_vaatziekten/andere_onafhankelijke_voorspellers_van_cvrm/copd_bij_cvrm.html. Geraadpleegd december 2022.
  7. Lipson DA, Crim C, Criner GJ, et al. Reduction in all-cause mortality with fluticasone furoate/umeclidinium/vilanterol in patients with chronic obstructive pulmonary disease. Am J Respir Crit Care Med 2020;201(12):1508-1516.
  8. Martinez FJ, Rabe KF, Ferguson GT, et al. Reduced all-cause mortality in the ETHOS trial of budesonide/glycopyrrolate/formoterol for chronic obstructive pulmonary disease. A randomized, double-blind, multicenter, parallel-group study. Am J Respir Crit Care Med 2021;203(5):553-564.
  9. https://goldcopd.org/2023-gold-report-2/. Geraadpleegd december 2022.
Lees meer over:


Voor u geselecteerde artikelen

‘Zorg dat de digitale weg niet de enige ingang naar de maatschap­pij wordt’

Steeds vaker gaat zorg via de digitale weg. Nicole Goedhart onderzoekt de toegankelijkheid van de (online) samenleving en geeft tips hoe de zorgverlener de zorg toegankelijk voor iedereen houdt. “Een afstand tot de online wereld kan gezondheidsverschillen vergroten.”

Protocol brengt veelbelovende ‘orphan drugs’ sneller bij patiënt

Behandelaren en zorgverzekeraars slaan de handen ineen om geneesmiddelen tegen zeldzame ziekten sneller beschikbaar te krijgen, vertelt Niels Reijnhout. “Met het ODAP krijgen patiënten zo snel mogelijk na goedkeuring door het EMA al toegang tot het middel.”

Reanimatie bespreken? Alleen als het past

Artsen vragen op de spoedeisende hulp vaak routinematig naar reanimatievoorkeuren, maar volgens Yvo Smulders is het tijd om deze standaardpraktijk eens kritisch te bekijken. “Het is helemaal niet vanzelfsprekend dat je die vraag zomaar stelt bij een routine-opname.”

Casus: man met klachten na penisvergroting

Een 38-jarige patiënt is net een week terug uit Turkije, waar hij in een kliniek een penisvergroting heeft ondergaan. Hij kan u niet precies vertellen wat er gebeurd is en klaagt vooral over pijn, roodheid en zwelling van de penis. Wat is uw diagnose?

‘Bevolkings­onderzoek sluit onvoldoende aan bij mensen met verstande­lijke beperking’

Mensen met een verstandelijke beperking nemen veel minder vaak deel aan bevolkingsonderzoeken naar kanker dan de algemene bevolking, vertelt Amina Banda. Ook krijgen zij minder vaak vervolgonderzoek. “Deze groep kan allerlei barrières voor deelname ervaren.”

Vertragen, verdragen en verbinden in moeilijke gesprekken

In de palliatieve zorg spelen niet alleen emoties bij de patiënt een rol, maar ook bij de zorgverlener. Machteld Muller legt uit hoe zelfinzicht helpt bij verbinding met je patiënt. “Herkennen van je eigen ‘rode knoppen’ helpt om uit vervelende dynamieken te blijven.”

Hoe je medische misinformatie als zorgverlener kunt aanpakken

Waarom geloven mensen dat zonnebrandcrème gevaarlijk is, of wantrouwen ze bewezen interventies zoals vaccins? Tom van Bommel vertelt over de mechanismen achter zulke overtuigingen. “Technieken waarmee misinformatie zich verspreidt, kunnen óók ten goede worden ingezet.”

Casus: patiënte met dyspnoe naar de EHH

Een oudere obese vrouw presenteert zich op de Eerste Hart Hulp vanwege dyspnoe. Die begon twee weken geleden en was aanvankelijk inspanningsgebonden, nu ook bij platliggen. Ze plast nog maar kleine beetjes sinds drie dagen. Wat is uw diagnose?

Casus: patiënt met progressieve inspanningsdyspneu

Een patiënt presenteert zich met progressieve inspanningsdyspneu. Voorheen was hij in staat om zonder klachten te tennissen, nu ervaart hij kortademigheid bij stevig doorwandelen. Er is geen sprake van hoesten, sputumproductie of koorts. Wat is uw diagnose?

Uitgebreid bloedonderzoek met één simpele vingerprik

Capillaire bloedafname via een vingerprik blijkt bij meer dan 30 standaardbepalingen een goed alternatief voor venapunctie, concludeerde Martijn Doeleman. “Patiënten kunnen zelf de vingerprik doen. Gewoon thuis, wanneer het hen uitkomt.”