Log in om uw persoonlijke bookmarks op te kunnen slaan.
Goed in je werk, maar toch altijd uitgeput?
De meeste zorgprofessionals weten wel dat hun werk zowel uit leuke als minder leuke bezigheden bestaat. Dat is geen probleem, zolang de leuke bezigheden – die energie geven – maar de overhand hebben. Bij zorgprofessionals die ‘altijd’ bekaf thuiskomen, overheersen veelal de niet-leuke bezigheden. Hoewel dat klinkt als een open deur, hebben zij dat in de praktijk lang niet altijd door. Dat komt door de misvatting dat de dingen waar je góed in bent, ook altijd de dingen zouden zijn die je léuk vindt om te doen. Sandra Sanders, coach en trainer voor Touch, legt in dit artikel uit hoe artsen en zorgprofessionals volledig kunnen opbranden als zij onvoldoende aandacht hebben voor hun sterke kanten en energiegevers.
Zijn de dingen waar je goed in bent automatisch de dingen die goed bij je passen en je energie geven? Veel mensen zijn geneigd om “ja” of “waarschijnlijk wel” te zeggen. Maar je voelt het al aankomen: nee, dat is niet zo.
Geen goede match
Een praktijkvoorbeeld. Een huisarts die zeer werd gewaardeerd door zijn patiënten, collega’s en personeel verloor steeds meer energie. Onderzoek naar zijn behoeften (drijfveren), talenten en competenties liet zien dat deze arts zijn werk wel goed deed, maar dat dit werk slechts in beperkte mate overeenkwam met zijn behoeften en natuurlijke talenten. Persoon en werk waren geen goede match. De huisarts had het al best lang volgehouden – mede dankzij een flinke portie doorzettingsvermogen – maar op den duur ging het toch niet goed. Iemand die houdt van focussen en lang geconcentreerd werken (behoefte), die werkt in een omgeving die wordt gekenmerkt door veel schakelen en ad hoc-activiteiten, zal in deze werkomgeving niet goed gedijen. Als persoonlijke behoeften (drijfveren) en de aard van het werk te sterk – of op te veel punten – uiteenlopen, ontstaat stress of zelfs uitval.
Sterke kant of aangeleerde vaardigheid
Iedereen kent de term sterke kanten. Dat zijn vaardigheden waar je goed in bent, die je plezier geven én waar je energie uit haalt. Daar staat tegenover dat je in sommige dingen goed bent zonder dat je er echt plezier aan beleeft. In zo’n geval is er eerder sprake van een aangeleerde vaardigheid dan van een sterke kant. Je kunt het goed omdat je er veel ervaring mee hebt; bijvoorbeeld doordat jouw functie dit nu eenmaal vereist. Maar plezier en energie haal je er niet uit. Sterke kanten en aangeleerde vaardigheden zijn dus twee verschillende dingen. Houd ze uit elkaar. Benut de sterke kanten en zoek werk waarin je ze nodig hebt, en gebruik de aangeleerde vaardigheden met mate. Wat jouw sterke kanten zijn, zien anderen soms scherper dan jijzelf. Dat komt doordat het om gedrag gaat dat jou natuurlijk afgaat, en waarvan je denkt ‘dat kan toch iedereen?’.
Zelfontplooiing
Psycholoog Alex Linley maakte nog een extra onderscheid. Hij maakte gewag van enerzijds ‘onderontwikkelde sterke kanten’ en anderzijds ‘tekortkomingen’. Op de werkvloer (of wanneer je nog in opleiding bent) word je geacht vaardigheden te ontwikkelen die je zou moeten hebben, maar die je nog onvoldoende hebt. Begrijpelijk, maar vraag jezelf af in hoeverre die vaardigheden bij je passen of niet. Betreft het vaardigheden die je met plezier inzet als ze eenmaal zijn ontwikkeld? Dan zijn dit ‘onderontwikkelde sterke kanten’. Door deze te ontwikkelen, draag je bij aan jouw zelfontplooiing en welbevinden.
Tekortkomingen
Bij het ontwikkelen van jouw ‘tekortkomingen’ is het juist tegengesteld. Deze vaardigheden staan zo ver af van jouw drijfveren en natuurlijke talenten, dat ze feitelijk niet ontwikkelbaar zijn. Dat wil niet zeggen dat je het bijbehorende gedrag niet kunt laten zien – want dat kan zeker wel. Maar realiseer je dat het je altijd veel energie zal kosten. Pas dus op als de nadruk op je ‘tekortkomingen’ komt te liggen. Dan verlies je langzaam maar zeker energie en werkplezier.
Kom in actie
Natuurlijk heeft elk werk kanten en taken die je minder aantrekkelijk vindt, daar ontkomen ook artsen en zorgprofessionals niet aan. Denk bijvoorbeeld aan administratie versus patiëntenzorg. Maar zorg ervoor dat er meer kanten en taken zijn die energie géven dan nemen. Als je ‘altijd’ bekaf thuiskomt, dan wordt het tijd om te onderzoeken hoe dat komt. Wellicht komen de eisen van je werk en je persoonlijke behoeftes nog onvoldoende met elkaar overeen.
Wat de reden ook is: doe iets. In kleine, bij jou passende en haalbare stappen.
Sandra Sanders is coach en trainer op het gebied van stress- en burn-outklachten (zie www.sanderscoaching.nl) en tevens aangesloten bij het netwerk voor Touch training & coaching. Sanders is gespecialiseerd in de begeleiding van artsen.
Dit artikel is geschreven voor Touch training & coaching voor persoonlijke en beroepsmatige ontwikkeling van professionals in de zorgsector. Het artikel is eerder gepubliceerd op de website van Touch.